Demissionair minister Koolmees heeft aan de Sociaal-Economische Raad (SER) advies gevraagd over hybride werken na de coronacrisis. Met hybride werken wordt de combinatie van werken op locaties en thuiswerken bedoeld.
De hoofdvragen voor de SER zijn:
- Welke ontwikkelingen, voor- en nadelen voor werkenden, werkgevers en de maatschappij ziet u op het gebied van hybride werken?
- Hoe verwacht uw raad dat de balans van hybride werken eruit zal zien in de periode na corona (bij ongewijzigd beleid)? En wat zijn hierbij de gevolgen voor werkenden, werkgevers en de maatschappij? En welke verschillen treden hierin op tussen bepaalde branches of sectoren?
- Hoe ziet een goede balans van hybride werken eruit, bezien vanuit het perspectief van de werkenden, werkgevers en de maatschappij?
- Welke uitdagingen ziet de SER voor het bereiken van deze goede balans? Welke factoren kunnen helpen bij het realiseren van deze balans? Wat kunnen het kabinet en andere partijen doen om hier adequaat op te reageren (welke stappen en randvoorwaarden zijn er nodig om de goede balans tot een succes te maken)?
- Welk ontwikkel pad op hoofdlijnen (routekaart) voorziet de SER ten aanzien van hybride werken na de coronacrisis? Op welke manier kunnen we gezamenlijk, als overheid, werkgevers, werkenden en andere betrokken werken aan een goede balans van hybride werken na de coronacrisis.